Andere spellen: Kruiswoorden, Letterkwartet, Klankenbingo…
Naast de Bordspellen, het Dobbelspel en de Lees- en Woordstructuurkwartetten heeft Taal in Blokjes nog meer leerspellen zoals de Woordbouwkaartjes voor scrabble, kruiswoorden, letter-klank memory en letterkwartet en twee serie voor Klankenbingo. Ook met de Magnetische letters kan je leuke taalspelletjes doen.
Woordbouwkaartjes voor scrabble, kruiswoorden, klank-teken kwartet en letter-klank memory
Woordbouwkaartjes voor Taal in Blokjes scrabble, kruiswoorden, klank-teken kwartet en letter-klank memory
Gebruik de woordbouwkaartjes van stevig plastic voor het maken van woorden, of gebruik de losse letters voor het klank-teken kwartet en de letter-klank memory.
Kruiswoorden is een heel uitdagend en stimulerend spel voor je leerlingen! Met de woorbouwkaartjes leren de leerlingen om creatief woorden te maken.
Daarbij moeten zij hard nadenken over de spelling, de ‘moeilijke’ woorden immers extra beloond en het is fijn om te winnen. Pas als de leerlingen de woorden goed opschrijven, tellen de punten. Zij geven zichzelf een dictee!
Deze set bevat 3 kaartjes van elke letter, in totaal 189 kaartjes.
Er zijn kaartjes met klinkers, met medeklinkers, met stomme klinkers (stukjes), en kaartjes met de regel voor de lange klinker.
Verder kaartjes met een lettergreepstreepje om de klankgroepen aan te geven.
De kaartjes zijn vierkant en kunnen naast elkaar of boven elkaar worden gelegd. Op elk kaartje staat een letterwaarde (de kaartjes kunnen ook zonder letterwaarde worden gebruikt).
Waarom hebben de letters punten voor de woordwaarde?
De letterwaarde is zo berekend dat het maken van langere woorden en het gebruik van ‘moeilijke klanken’ en regelwoorden beloond wordt. De winnaar heeft de knapste woorden met het hoogste aantal punten gemaakt.
Werkvormen met de woordbouwkaartjes
- Taal in Blokjes scrabble
- Kruiswoorden leggen
- Letter-klankmemory
- Klank-teken kwartet
- Woorddictee: eerst de kaartjes neerleggen en dan opschrijven
Woorden bouwen en kruiswoorden
Opdracht: maak kruiswoorden met de letters. Laat een voorbeeld zien.
Elke speler pakt bij de eerste beurt 10 letterkaartjes. Bij de volgende beurten worden de kaartjes telkens tot 10 aangevuld.
Elke leerling probeert telkens één kruiswoord te leggen met de hoogste woordwaarde. Daarna schrijft de leerling het woord op (op het scoreblok) en worden de punten opgeteld.
Met een kaartje kan 1, 2, 3 of 4 punten worden verdiend, afhankelijk van de moeilijkheidsgraad. Op elk kaartje staat linksonder het aantal punten. Haal voor een klankzuiver niveau de kaartjes met de stomme klinkers en met de regels voor de lange klinkers uit het spel.
Met de kaartjes probeert elke speler een woord te leggen met het hoogst mogelijk aantal punten.
Natuurlijk kunnen er ook lange woorden worden gemaakt. Er ontstaat er een heel veld van kruiswoorden waarbij elke leerling een nieuw woord aan een bestaand woord koppelt. Al snel is de hele speeltafel vol.
Je kan ook woorden bouwen met één of twee dobbelstenen.
Sorteer de kaartjes op klinkers en medeklinkers, voor elke kleur een stapeltje. De speler mag net zoveel kaartjes pakken als het aantal ogen dat hij gooit. De speler probeert probeert met de ‘gewonnen’ kaartjes een woord met de hoogste woordwaarde te bouwen.
Als de speler het woord goed neerlegt met de kaartjes, schrijft hij het woord op op een eigen blaadje of op het scoreblok van Taal in Blokjes [LINK}
Let op: een woord krijgt pas punten als het door de speler foutloos wordt opgeschreven. Elke speler legt en schrijft 7 woorden in totaal.
De speler met de meeste punten heeft gewonnen.
Klank-teken kwartet
Klankenkwartet met drie dezelfde kaartjes, voor 3 of 4 spelers.
Doel: oefenen van de klank-teken koppeling.
Haal de kaartjes met de regel voor de lange klank, en de kaartjes met het lettergreepstreepje uit het spel. Haal voor het makkelijkste niveau ook de kaartjes met de stomme klinkers uit het spel. Verdeel alle overgebleven kaarten onder de spelers. Laat de kaarten niet aan elkaar zien. Als je 3 dezelfde kaartjes in je handen hebt, kan je deze gelijk voor je op tafel leggen.
Voorbeeld: “mag ik van jou de aa?“
Voorbeeld 2: “mag ik van jou de aa van kaas?“ (Bedenk een woord erbij.)
Bij 3 dezelfde kaartjes (bijvoorbeeld 3x aa) heb je een kwartet en leg je deze voor je op tafel. Het spel gaat door tot alle kaartjes op zijn. De leerling met de meeste kwartetten (van 3 kaartjes) heeft gewonnen.
Letter-klank memory
Bij memory pak je een aantal dubbele kaartjes (goed schudden) en die leg je omgekeerd op tafel neer (met de letters naar beneden). Bijvoorbeeld in een veld van 4×4, 6×6 of 8×8 kaartjes (hoe meer kaartjes hoe moeilijker).
Het spel kan met meerdere spelers gespeeld worden. Elke speler mag per keer 2 (of 4) kaartjes omdraaien om 2 dezelfde kaartjes te zoeken. Deze kaartjes mag de speler houden als hij/zij de klank bij de letter(combinatie) heeft uitgesproken. De winnaar is de speler met de meeste kaartjes.
Tip 1: Gebruik het scoreblok met scoreformulier woorden bouwen om de woorden op te schrijven en de woordwaarden te berekenen. De puntenwaardering staat op de kaartjes. De winnaar is de speler met de meeste punten.
Tip 2: Gebruik een leesplankje, bijvoorbeeld bij scrabble.
Tip 3: Gebruik een woordenlijst als leerlingen het moeilijk vinden om zelf woorden te bedenken. Het zoeken van woorden met de hoogste woordwaarde leert de leerling denken in woordstructuren en is tevens een goede oefening voor de technische leesvaardigheid.
Uiteraard zijn er nog veel andere variaties mogelijk. Bijvoorbeeld meer kaartjes per speler, het laten uitleggen van regel(s) bij het goed gelegde woord, het verdelen van een woord in klankgroepen enz.
Klank-teken koppeling in de klas met klankenbingo
Met klankenbingo kunnen leerlingen in de klas of in een groepje met elkaar, op een speelse en intensieve manier, oefenen met de klank-teken koppeling en de eerste woordjes. Gebruik klankenbingo bijvoorbeeld bij het Voorlopertje Taal in Blokjes en bij de werkboeken van Taal in Blokjes deel 1 en 2 (en 3).
Klankenbingo 1 en 2
Klankenbingo 1 bestaat uit 15 verschillende kaarten. Klankenbingo 2 is een uitbreiding met 20 extra kaarten op hetzelfde niveau. Klankenbingo 1 en 2 bevatten samen 35 unieke kaarten, voldoende voor 35 leerlingen. Gebruik de set van 15 of 20 kaarten voor een groepje leerlingen.
Wat heb je nodig?
De spelleider heeft nodig: klank-teken kaartjes of woordbouwkaartjes met de klanken van de klankkaart Taal in Blokjes 1+2.
De spelers hebben nodig: Klankenbingo kaarten en klankblokjes.
Spelregels algemeen
De spelleider doet de klank-teken kaartjes (of woordbouwkaartjes) in een bakje en schudt ze door elkaar. De spelleider neemt, zonder te kijken, een kaartje uit het bakje en noemt daarvan de klank op. De spelers kijken op hun kaart of de klank op hun kaart voorkomt. De spelers leggen een of twee klankblokjes op de gevonden klank. De spelleider legt het kaartje apart en neemt een nieuw kaartje uit het bakje, noemt de klank op, enz. net zolang tot een speler zijn kaart vol met klankblokjes heeft. Deze speler roept “Bingo!” en heeft gewonnen.
Variaties op het spel
In plaats van een spelleider kan ook worden afgesproken dat de spelers om beurten (zonder te kijken) een kaartje uit het bakje nemen, deze oplezen en vervolgens, met de voorzijde naar beneden, in een apart bakje leggen. Op deze wijze worden het spel interactiever en wordt de klank-teken koppeling extra geoefend. De gebruikte kaartjes in het aparte bakje dienen later eventueel voor het nakijken.
Bingo afspraken
Mede afhankelijk van de beschikbare tijd wordt afgesproken wanneer er ‘Bingo’ is (dus wanneer iemand wint).
Bijvoorbeeld wanneer:
– alle klanken op de kaart zijn gevraagd,
– alle klanken van één rij (horizontaal óf verticaal) zijn gevraagd (leg dit uit met voordoen).
Moeilijkere bingo-afspraken:
– alle klanken van twee rijen (horizontaal óf verticaal) zijn gevraagd (leg dit uit met voordoen),
– alle klanken van twee rijen (horizontaal en/of verticaal) zijn gevraagd (hierbij kunnen de rijen elkaar kruisen) (leg dit uit met voordoen).
Tip 1: je kan het spel uitbreiden met de volgende opdrachten:
– Bedenk een woord met één klank op de kaart,
– Til één blokje op en bedenk een woord met de letter (klank) die eronder ligt.
– Welk woord kan jij maken met de letters waar een blokje op ligt? Bouw dit woord met de blokjes. (en schrijf dat woord op)
– Til drie blokjes op en bedenk daar een woord mee (dan krijg je mkm woorden zoals bijvoorbeeld ‘pen’ bij kaart 1.
Tip 2: lamineer de kaarten of stop ze in een transparante hoes.
Tip 3: laat de leerlingen de bingokaarten met elkaar ruilen en speel het
spel opnieuw.
Tip 4: gebruikt woordbouwkaartjes om op de bingokaarten te leggen in plaats van de klankblokjes.
Bestellen
Bekijk ook eens
Meer weten?
Taal in Blokjes is een interventiepakket voor de ondersteuning van leerlingen die moeite hebben met lezen en/of spellen. Taal in Blokjes gebruikt een vaste kleurcodering voor klanken, volgt de structuur van de Nederlandse taal en legt uit hoe woorden in elkaar zitten.

Het pakket bestaat uit werkboeken, handleiding/ oefenmappen, diverse materialen en software voor lezen, spellen en basisvaardigheden.
De werkvormen zijn multisensorieel en interactief: taal leren door horen, zien, voelen en samen doen. Hoe meer manieren je gebruikt om iets aan te bieden, hoe beter dit geleerd en onthouden kan worden.
Taal in Blokjes is methode onafhankelijk en kan naast elke taalmethode worden ingezet voor de interventie en preventie bij lees- en spellingproblemen op niveau ON1,2 en 3. Taal in Blokjes kan individueel, in groepjes en in de klas worden gebruikt.

Taal in Blokjes kan ook als evidence-based interventie voor lezen én voor spellen op ON niveau 2 en 3 worden ingezet als voortraject van de vergoede dyslexiezorg.
Taal in Blokjes is een uitsnede van de F&L methode® (Fonologische en Leerpsychologische methode) en wetenschappelijk onderbouwd. De F&L methode® is hét vervolg op Taal in Blokjes voor de gespecialiseerde dyslexiebehandeling. De koppeling tussen interventie met Taal in Blokjes en behandeling met de F&L methode® zorgt voor een efficiënte en goede Ketenzorg tussen school, ouders en de praktijk of instelling.
Bekijk onze website: www.taalinblokjes.nl
Bekijk ook de vragen:
- Wat is het verschil tussen Taal in Blokjes en de F&L methode®?
- Wat is de Ketenzorg van Taal in Blokjes naar F&L-behandeling?
Taal in Blokjes kan op verschillende ondersteuningsniveaus worden gebruikt naast de reguliere taalmethode. Bekijk hiervoor het Stappenplan implementatie Taal in Blokjes op school.
Kijk naar het Stappenplan Implementatie Taal in Blokjes op school, hier staan onder andere basisopzetten in voor de ondersteuningsniveaus 1,2 en 3 en voorbeelden van werkvormen. Per ondersteuningsniveau wordt een basisopzet voor de aanschaf van werkboeken en materialen gegeven.
Kijk ook naar het Inspiratieboek Taal in Blokjes voor een overzicht van werkboeken, materialen, werkvormen en software.
In het Inspiratieboek Taal in Blokjes (48 blz.) staat veel informatie over de methode en de basiswerkvormen lezen en spellen. Alle materialen en software worden beschreven met doelstelling, uitleg en voorbeelden. Bekijk het Inspiratieboek digitaal of vraag een exemplaar aan bij info@taalinblokjes.nl
Voor informatie over de Taal in Blokjes software ga naar:
Taal in Blokjes Reader software en de Taal in Blokjes Module software 
Zie ook: Wat is het verschil tussen de Taal in Blokjes Reader software en de Taal in Blokjes Module software?
Wist je dat je met de Taal in Blokjes software ook een lees- en spellingtraining kan opzetten om op school en thuis te oefenen?
Ga naar Leerlingbegeleiding thuis - lezen en spellen met de Taal in Blokjes Reader.pdf voor een voorbeeld van een behandelplan lezen en spellen met de Taal in Blokjes Reader software.
Op de website https://www.taalinblokjes.nl/videos/ staan een aantal video's waarin leerlingen oefenen met een aantal werkvormen van Taal in Blokjes.
Je kan ook overwegen om onze Workshop Taal in Blokjes te volgen. In de workshop leren leerkrachten/ taalspecialisten etc. onder andere om het lezen en spellen te beoordelen aan de hand van een casus (niveau, foutenanalyse, observaties) en om het instapniveau van de Taal in Blokjes behandeling te bepalen. Vervolgens wordt een behandelplan opgezet met de werkboeken, materialen en software van Taal in Blokjes.

Taal in Blokjes is voor:
- alle leerlingen uit het basisonderwijs die hulp nodig hebben met lezen en spellen
- leerlingen met aankomende lees- en/of spellingproblemen die baat kunnen hebben bij een voorschotbenadering (vanaf groep 2 en 3)
- leerlingen in het speciaal basisonderwijs
- meertalige leerlingen (NT2-onderwijs)
- leerlingen met auditieve verwerkingsproblemen
- leerlingen met een taalontwikkelingsstoornis (TOS) en slechthorende leerlingen.
Taal in Blokjes kan ook als evidence-based interventie voor lezen én voor spellen op ondersteuningsniveau 2 en 3 worden ingezet, bijvoorbeeld als voortraject van de vergoede dyslexiezorg.
Meer informatie?
Bekijk het Stappenplan implementatie Taal in Blokjes
Het ‘Stappenplan implementatie Taal in Blokjes op school’ geeft:
- tips voor gebruik op school,
- een basisopzet voor de aanschaf van materiaal,
- een voorbeeld van een stappenplan voor de implementatie van Taal in blokjes op school vanaf groep 2, van minder naar meer intensief, ingedeeld op de verschillende ondersteuningsniveaus. Uiteraard zijn er veel variaties in aanpak mogelijk, afhankelijk van de manier waarop een school Taal in Blokjes wil gaan inzetten.
Bekijk ook het Inspiratieboek Taal in Blokjes. In het Inspiratieboek Taal in Blokjes (48 blz.) staat veel informatie over de methode en alle materialen en software worden beschreven met doelstelling, uitleg en voorbeelden. Je kan de papieren versie kosteloos aanvragen bij info@taalinblokjes.nl Samen met het Stappenplan kan het Inspiratieboek helpen om een eerste keuze te maken.